Ingredienten:
sambal trassi:
15 lomboks zonder pitjes
5 Thaise rode sjalotjes gepeld en gesnipperd
4 tenen knoflook
Snuf zout
Stukje trassi
1 (kaffir) limoentje in plakjes
8 el zonnebloemolie
1 eetlepel Javaanse suiker
2 cm verse gember geschild
Makreel:
Sambal trassi
4 verse makreelfilets met huid
Zout
2 el Kecap manis
2 el hoisin saus
Zonnebloemolie om in te bakken
2 kaki’s (of mango’s)
1 halve limoen
Aan de slag:
De Sambal:
Ik gebruik een keukenmachine. Draai de lomboks, sjalotten, knoflook, zout en trassi tot een sambal prutje. Verhit de olie in een pan en bak op halfhoog vuur de sambal met de limoenplakjes gedurende 5 minuten.
Voeg de Javaanse suiker toe en rasp de gember boven de pan. Roerbak nogmaals 5 minuten.
De makreel:
Bestrooi de makreelfilets met zout en leg ze met de huid naar boven op de snijplank. Kerf de huid licht in. Snijd iedere filet in de lengte in tweeën.
Meng de kecap met de hoisin en lak dit met een kwastje op de huid van de vis. Verhit een pan met wat olie en bak de vis op de huid (halfhoog vuur) enkele minuten, ca. 2 a 3… draai om en bak nog 1 minuut.
Snijd de kaki’s of mango in plakjes en leg deze op het bord. Plaats hier twee stukjes filet op en een ruime hoeveelheid sambal trassi bij. Serveer met witte rijst en atjar ketimoen.
bron: Indorock, Vanja van der Leeden
Makreel, Indonesisch, hoofd, vis, feestelijk, indisch